Beschikbare weerstandscapaciteit
De beschikbare weerstandscapaciteit bestaat uit buffers in het eigen vermogen. Risico's kunnen zich incidenteel voordoen, bijvoorbeeld een negatief exploitatieresultaat. Deze risico's moeten worden opgevangen door een vrij aanwendbare reserve. De vrij aanwendbare reserves vormen de incidentele weerstandscapaciteit.
Als de financiële impact van risico's structureel is, moet dit worden opgevangen door de structurele weerstandscapaciteit. De structurele weerstandscapaciteit bestaat uit de onbenutte belastingcapaciteit, de stelpost onvoorziene uitgaven en de structurele bestedingsruimte.
In onderstaande tabel staat de beschikbare weerstandscapaciteit opgenomen.
Weerstandscapaciteit (x 1.000) | Rekening 2019 | Begroting 2020 | Begroting 2021 |
Exploitatie (structurele weerstandscapaciteit) | |||
Onbenutte belastingcapaciteit | 2.520 | 2.048 | 2.065 |
Onvoorziene uitgaven | 0 | 25 | 25 |
Bestedingsruimte | 0 | 0 | 0 |
Begrotingssaldo | 0 | p.m. | p.m. |
Vermogen (incidentele weerstandscapaciteit) | |||
Incidentele bestedingsruimte | 0 | 0 | 0 |
Algemene A-reserve | 3.017 | 3.017 | 3.017 |
Weerstandsvermogen bouwgrondexploitatie | 1.532 | 1.439 | 1.439 |
Bestemmingsreserves | 0 | 1.118 | 891 |
Stille reserves | pm | pm | pm |
Totaal | 7.069 | 7.647 | 7.438 |
Structurele weerstandscapaciteit
De structurele weerstandscapaciteit bestaat uit de onbenutte belastingcapaciteit, reserve onvoorziene uitgaven en de structurele bestedingsruimte.
De onbenutte belastingcapaciteit is het verschil tussen de voor het boekjaar geraamde opbrengsten uit onroerende zaakbelasting en de door het rijk vastgestelde normopbrengst voor dat jaar. Wanneer een structureel risico optreedt, is het niet altijd mogelijk de financiële impact op korte termijn in de begroting op te vangen. In dat geval kan een gemeente onder strikte voorwaarden een beroep doen op extra financiering van het Rijk (artikel 12 Gemeentewet). Eén van de voorwaarden is dat de gemeente de belastingcapaciteit ten volle benut. Dat kan niet oneindig. Daarom is door het Rijk een norm gesteld tot welk niveau het aanvaardbaar is de lokale belastingen te verhogen. Dit heet de artikel 12-norm. De normopbrengst voor 2021 is vastgesteld op 0,1809 % van de WOZ-waarde.
De geraamde opbrengst voor 2021 inclusief de correctie in verband met leegstand is € 6.415.000. De ‘normopbrengst’ voor 2021 is € 8.480.000. De onbenutte belastingcapaciteit is daarmee € 2.065.000.
Voor onvoorziene uitgaven is een stelpost opgenomen van € 25.000.
Incidentele weerstandscapaciteit
De incidentele weerstandscapaciteit bestaat uit de algemene reserves (Algemene A-reserve en de reserve bouwgrondexploitatie), de vrij aanwendbare bestemmingsreserves, de incidentele bestedingsruimte en de stille reserves.
Op basis van de nota Reserves en voorzieningen is de Algemene bestemmingsreserve bestemd voor toekomstige maatschappelijke investeringen. Deze reserves zijn daarom niet in deze tabel opgenomen. Hetzelfde geldt voor de overige bestemmingsreserves waarvoor een specifieke aanwending is voorzien.
De stille reserves zijn niet geïnventariseerd.
Tabel opbouw weerstandsvermogen (x € 1.000)
Omschrijving reserve | Wel in weerstandsvermogen | Niet in weerstandsvermogen |
Algemeen Weerstandsvermogen | 3.017 | |
Weerstandsvermogen bouwgrondexploitatie | 1.439 | |
Egalisatie tarief afvalstoffenheffing | 542 | |
Algemene bestemmingsreserve | - | 3.499 |
Openbare Verlichting | - | 138 |
Dienstverleningsprogramma | - | 42 |
Jeugdgezondheidszorg BDU CJG | - | 394 |
Gezondheidszorg v.m. gemeente Beilen | - | 50 |
Reserve sociaal domein | - | 1.659 |
Alg. reserve Breedband | - | 3.048 |
Reserve dekking kapitaallasten overig | - | 1.963 |
Reserve dekking kapitaallasten | - | 10.331 |
Onderhoud gebouwen | - | 299 |
Reserve riolering | 891 | |
Vervangingsinvesteringen | 1.511 | |
Totaal bestemmingsreserves | 5.348 | 23.476 |
Benodigde weerstandscapaciteit
De risico's zijn geïdentificeerd en beoordeeld volgens het risicomanagementmodel uit de nota Weerstandsvermogen en risicomanagement 2015. Per risico is ingeschat hoe groot de kans is dat deze zich voordoet en wat de gevolgen hiervan kunnen zijn. Dit is gebeurd aan de hand van de volgende tabellen Kansscore en Klasse:
Tabel: Kansscore
Kansscore | Omschrijving | Toelichting |
1 | Minder dan of 1 keer per 10 jaar | Zeer onwaarschijnlijk |
2 | 1 keer per 5-10 jaar | Onwaarschijnlijk |
3 | 1 keer per 2-5 jaar | Waarschijnlijk |
4 | 1 keer per 1-2 jaar | Mogelijk |
5 | 1 keer per jaar | Vrijwel zeker |
Tabel: Klasse
Klasse | Financieel gevolg | Imagobeeld | Referentiebeeld |
A | < € 75.000 | Zeer klein | Geen bedreiging voor de doelstellingen |
B | Tussen € 75.000 en € 250.000 | Klein | Minimale bedreiging voor de doelstellingen |
C | Tussen € 250.000 en € 1.000.000 | Midden | Bedreiging voor de doelstellingen |
D | Tussen € 1.000.000 en € 1.500.000 | Groot | Ernstige bedreiging voor de doelstellingen |
E | > € 1.500.000 | Zeer groot | Zeer ernstige bedreiging voor de doelstellingen |
Ieder risico krijgt op basis hiervan een risicoscore waaraan een risicopercentage hangt. Dit percentage vermenigvuldigd met het risico leidt tot een risicobedrag. De uitkomsten hiervan staan opgenomen in het risicoprofiel of risicocontrolematrix.